Kamervragen ingediend over invoeren landelijk keurmerk voor coffeeshops

Joost Sneller (D66) heeft 8 kamervragen ingediend aan de minister van Justitie en Veiligheid over het invoeren van een landelijk keurmerk voor coffeeshops, omdat ze een keurmerk nog resoluut van de hand wees tijdens een recent commissiedebat.

0
tweede kamer
Foto via Wikimedia Commons
- Advertentie -

Het kamerlid Joost Sneller (D66) heeft eind vorige week schriftelijke kamervragen ingediend die beantwoord moeten worden door Dilan Yesilgöz Zegerius (VVD), de minister van Justitie en Veiligheid, nadat ze een keurmerk voor coffeeshops nog resoluut van de hand wees tijdens een recent commissiedebat drugsbeleid.

Acht kamervragen D66 over invoeren landelijk keurmerk voor coffeeshops

In totaal zijn het het acht vragen (PDF), die we hieronder voor het gemak even op een rijtje hebben gezet.

Vraag 1
Deelt u de mening dat naast de 79 coffeeshops die meedoen aan het Experiment gesloten coffeeshopketen (hierna: het experiment) ook de overige 485 coffeeshops in de rest van Nederland een belangrijke verantwoordelijkheid hebben in de strijd tegen ondermijnende drugscriminaliteit?

Vraag 2
Deelt u de mening dat zowel in de gemeenten die meedoen aan het experiment als in de overige coffeeshopgemeenten, het bestrijden van ondermijnende drugscriminaliteit, het waarborgen van de veiligheid en het bevorderen van transparantie in de coffeeshopsector prioriteit heeft?

Vraag 3
Deelt u de mening dat het van belang is dat tijdens het experiment ook wordt gewerkt aan het waarborgen van de veiligheid en het bevorderen van transparantie in de coffeeshopsector in de ruim 90 gemeenten met coffeeshops die niet deelnemen aan het experiment?

Vraag 4
Bent u het ermee eens dat in dat kader moet worden gekeken naar aanvullende mogelijkheden om de bestaande gedoogcriteria aan te scherpen met nieuwe, laagdrempelige oplossingen, die worden gedragen door betrokken partijen?

Vraag 5
Kunt u bevestigen dat er al meer dan twee jaar gesprekken plaatsvinden tussen het Landelijk Overleg van coffeeshopondernemers en de bij het cannabisbeleid betrokken ministeries (VWS, Justitie en Veiligheid en Financiën), de Nederlandse Vereniging van Banken en de Nederlandsche Bank, over het beter inzichtelijk maken van geldstromen en andere bedrijfsprocessen binnen de coffeeshops? Zo ja, wat is hier in uw beleving de intentie achter en de stand van zaken in?

Vraag 6
Is in het kader van deze gesprekken voorgesteld om concrete afspraken te maken tussen betrokken partijen? Hebben betrokken partijen aangegeven het maken van concrete afspraken tussen banken en de coffeeshops te ondersteunen? Maakt het invoeren van een landelijk keurmerk voor coffeeshops deel uit van deze afspraken?

Vraag 7
Kunt u nader toelichten waarom een landelijk keurmerk, zoals thans voorgesteld door het Landelijk Overleg van coffeeshopondernemers, «niet past in de situatie die we nu hebben» [dat wil zeggen: het huidige gedoogbeleid waarbinnen de verkoop van softdrugs nog steeds verboden is] zoals de Minister van Justitie en Veiligheid in het Commissiedebat drugsbeleid dd 22 februari jl betoogde? Kunt u daarbij tevens uiteenzetten wat eventueel de juridische, bestuurlijke, dan wel financiële knelpunten zijn voor het invoeren van een landelijk keurmerk voor coffeeshops?

Vraag 8
Als het invoeren van een landelijk keurmerk volgens u geen optie is, op welke manier bent u dan van plan om binnen de kaders van de bestaande gedoogcriteria de veiligheid te waarborgen en de transparantie in de coffeeshopsector te bevorderen in de ruim 90 coffeeshopgemeenten die niet deelnemen aan het experiment?

Reactie coffeeshopbond BCD op de ingediende kamervragen

Op hun website laat de BCD weten in een reactie: “De BCD is blij met de politieke aandacht en steun vanuit de Kamer voor het initiatief van het Landelijk Overleg om een landelijk keurmerk voor coffeeshops te ontwikkelen. Wij zijn dan ook zeer benieuwd naar de antwoorden van de minister op deze schriftelijke vragen.”